Het verhaal van Grimbergen Installaties begint met Gerrit Bogaards. Voor 350 gulden koopt hij het voormalige logement 'De Witte Leeuw' en vestigt er een ambachtelijke smederij. Er worden paardenhoeven beslagen en allerlei ijzerwerk gemaakt, variërend van ploegen tot schoffels. De akte van koop en verkoop is bewaard gebleven.
De naam Grimbergen duikt voor het eerst op. Als Gerrit Bogaards overlijdt, neemt schoonzoon Hendrik de smederij over. Hij is de eerste van een lange rij Grimbergens, die de smederij van vader op zoon voortzetten. Alle bedrijven die tegenwoordig de naam Grimbergen dragen, vinden hier hun oorsprong. Hendrik werkte veel samen met de naastgelegen wagenmakerij van De Haan.
Oudste foto’s van de vierde generatie Grimbergen. De familiefoto is gemaakt ter gelegenheid van de tachtigste verjaardag van Matthijs Grimbergen. Op de ander foto staat Matthijs Grimbergen met zijn vrouw Johanna Catharina de Keuning. Uiterst links staat de vrouw van Gerardus Lubbe, die in smederij werkte.
De dan 12-jarige Piet Noordermeer gaat aan de slag voor zijn neef H.J. Grimbergen, de zesde generatie in de smederij. Het bollenvak van zijn vader ligt hem niet zo. Grimbergen had daar begrip voor. "Stuur die jongen maar naar Rijnsburg", zei hij. "Er moet daar toch een kippenhok getimmerd worden." Piet groeit bij Grimbergen uit tot een echte vakman.
Wanneer H.J. Grimbergen overlijdt, wordt Piet Noordermeer de nestor van het bedrijf en het grote gezin Grimbergen. De foto rechtsboven is gemaakt in 1931. De grote foto is gemaakt rond 1930 voor de smederij aan de Vliet. Van links naar rechts: medewerker J. Kooi, Thijs Grimbergen, Piet Noordermeer, Piet Grimbergen, Henk Grimbergen en Arie Grimbergen.
Rond deze tijd wordt Piet Noordermeer officieel opgenomen in het bedrijf. Als directeur weet hij naam te maken in de kassenbouw en staat zelfs aan de wieg van de eerste verrolbare kas. Matthijs Grimbergen richt zich vooral op de smederij. Het beslaan van paarden, het smeden van schoffels, het leggen van banden, en het kachelsmidvak. Hij kent van elke klant de straat met bijbehorend huisnummer uit zijn hoofd. De smid is in deze periode de vriend van veel huisvrouwen, als redder in de nood bij mankementen, vooral op wasdag en in de schoonmaaktijd.
De concurrentie in de kassenbouw wordt te groot. Het bedrijf gaat zich volledig richten op de aanleg van centrale verwarmingsinstallaties. Dit proces wordt versneld doordat Cor Noordermeer, de zoon van Piet, voor het bedrijf gaat werken. In de jaren '40 behoorde hij tot een van de twaalf Nederlanders die voor CV-installateur leerde.
In de jaren zestig groeit de CV-markt explosief door het aanboren van aardgas als brandstof. De groei van de onderneming komt hiermee in een stroomversnelling. Cor Noordermeer treedt toe tot de directie. Ook wordt een groter pand gebouwd op de oude plek aan de Rijnsburgse Vliet.
De groei is niet te stuiten en het bedrijf barst opnieuw uit zijn jasje. Uitbreiding aan de Vliet is niet mogelijk, dus verhuist Grimbergen-Noordermeer naar Katwijk. Het bedrijf werd vanaf die periode geleid door M.H. Grimbergen en de heren C.N. en C.TH.P. Noordermeer.
Directieleden Noordermeer nemen afscheid van het bedrijf. Ook krijgt het bedrijfspand in ’t Heen een metamorfose en wordt een geheel nieuw bedrijfslogo gepresenteerd.
Terug naar waar het ooit begon, Rijnsburg! Op bedrijventerrein Klei-Oost wordt een nieuw pand geopend. Thijs en Rob Grimbergen nemen als achtste generatie de leiding van het bedrijf over van hun vader. Het bedrijf ontvang het predicaat 'Bij Koninklijke Beschikking Hofleverancier'.
Grimbergen-Noordermeer wordt Grimbergen Installaties. De tweede generatie Noordermeer maakt dan al ruim 25 jaar geen deel meer uit van het bedrijf. Rob en Thijs Grimbergen kijken met vertrouwen naar de toekomst.
